Tarieven inkomstenbelasting 2023 niet-AOW-er
Belastingplichtigen die aan het begin van 2023 nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt, krijgen in 2023 naar verwachting met de volgende tariefschijven te maken.
Tarief inkomstenbelasting 2023 | |||
Bel.ink. meer dan (€) | maar niet meer dan (€) | Tarief 2023 | |
Schijf laag tarief | 73.031 | 36,93% | |
Schijf hoog tarief | 73.031 | 49,50% |
Tarief inkomstenbelasting 2022 | |||
Bel.ink. meer dan (€) | maar niet meer dan (€) | Tarief 2022 | |
Schijf laag tarief | 69.398 | 37,07% | |
Schijf hoog tarief | 69.398 | 49,50% |
Deze percentages zijn inclusief premies volksverzekeringen.
Tarieven inkomstenbelasting 2023 AOW-er
Belastingplichtigen die aan het begin van 2023 de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt en zijn geboren na 1946, krijgen in 2023 naar verwachting met de volgende tariefschijven te maken.
Tarief inkomstenbelasting 2023 (AOW-ers) | |||
Bel.ink. meer dan (€) | maar niet meer dan (€) | Tarief 2023 | |
Tarief schijf 1 | 37.149 | 19,03% | |
Tarief schijf 2 | 37.149 | 73.031 | 36,93% |
Tarief schijf 3 | 73.031 | 49,50% |
Tarief inkomstenbelasting 2022 (AOW-ers) | |||
Bel.ink. meer dan (€) | maar niet meer dan (€) | Tarief 2022 | |
Tarief schijf 1 | 35.472 | 19,17% | |
Tarief schijf 2 | 35.472 | 69.398 | 37,07% |
Tarief schijf 3 | 69.398 | 49,50% |
Deze percentages zijn inclusief premies volksverzekeringen.
Gewijzigde heffingskortingen
Hieronder zijn de wijzigingen in heffingskortingen opgenomen. Deze betreffen belastingplichtigen die jonger zijn dan de AOW-leeftijd. Voor AOW-gerechtigden gelden in beginsel lagere maxima.
Heffingskortingen | 2023 (€) | 2022 (€) |
Algemene heffingskorting maximaal | 3.070 | 2.888 |
Arbeidskorting maximaal | 5.052 | 4.260 |
Inkomensafhankelijke combinatiekorting (icak) maximaal | 2.694 | 2.534 |
Jonggehandicaptenkorting | 820 | 771 |
Uitfaseren IACK
De inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) voor werkende ouders met één of meerdere kinderen tot 12 jaar zal per 2025 worden afgeschaft. Dit geldt niet voor ouders met (een of meer) kinderen die vóór 1 januari 2025 zijn geboren.
Wijziging kinderopvang
Er is een fundamentele herziening van de kinderopvangtoeslag (KOT) aangekondigd. De regering kiest voor een inkomensonafhankelijke vergoeding van 96% (tot de maximum uurprijs) voor werkende ouders. Deze hoge vergoeding draagt bij aan de betaalbaarheid van de kinderopvang. Het wordt daardoor aantrekkelijker voor ouders om werk en zorg voor jonge kinderen te combineren.
In 2025 bepaalt verzamelinkomen ahk
In 2022 daalt het maximum van de algemene heffingskorting (ahk) van € 2.888 met 6,007% van het inkomen uit werk en woning (box 1) voor zover dat inkomen meer bedraagt dan € 21.317. In 2025 zal die afbouw afhankelijk worden van het verzamelinkomen waardoor ook het inkomen uit box 2 en het inkomen box 3 mee zal tellen voor het bepalen van de omvang van de korting.
Jubelton afgeschaft
De verruimde schenkingsvrijstelling van € 106.671 (2022), bestemd om een eigen woning aan te schaffen of af te lossen op een eigenwoningschuld, vervalt per 2024. Vooruitlopend daarop wordt deze vrijstelling in 2023 al verlaagd naar € 28.947. Tevens vervalt per 1 januari 2024 de spreidingsmogelijkheid. Dit betekent concreet dat een bij een schenking in 2022 onbenut gebleven deel van de maximumvrijstelling alleen nog maar kan worden benut voor een schenking in 2023, maar niet meer voor een schenking in 2024.
De verlaging van de schenkingsvrijstelling voor de eigen woning betekent feitelijk een afschaffing per 1 januari 2023 omdat voor dit bedrag ook een vrijgestelde schenking kan worden gedaan zonder bestedingsvoorwaarden.
Tip! Als u in 2022 nog het bedrag van de verruimde schenkvrijstelling van € 106.671 overmaakt aan uw kind(eren), dan heeft deze nog de mogelijkheid om het bedrag van de schenking uiterlijk in 2024 aan te wenden voor aankoop, verbetering en/of onderhoud van een eigen woning of aflossing van een eigenwoningschuld.
Aanwenden ODV voor lijfrente
Voorheen konden dga’s een pensioenvoorziening opbouwen in hun eigen bv. Toen dit werd afgeschaft, kon een deel van het pensioen worden omgezet in een oudedagsverplichting (ODV). Voordat een ODV tot uitkering komt, kan de dga er een lijfrente van kopen (lees: de verplichting onderbrengen bij een bank of verzekeringsmaatschappij). Omdat in de praktijk de wens bestond om een lijfrente aan te kopen nadat de ODV-uitkeringen zijn gestart (ook als al vijf jaar zijn verstreken na het einde van het kalenderjaar waarin de belastingplichtige de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt), zijn hiervoor goedkeuringen afgegeven. Deze goedkeuringen, inclusief de daarin gestelde voorwaarden, worden nu in de wet opgenomen. In de praktijk blijkt een overdracht na de AOW-gerechtigde leeftijd lastig omdat banken en verzekeraars bij de vormgeving van hun producten vaak leeftijdsgrenzen hebben ingesteld.
Beperking periodieke giftenaftrek
Periodieke giften zijn giften die jaarlijks gedurende minimaal vijf jaar worden gedaan. Onder voorwaarden zijn dergelijke giften op dit moment geheel aftrekbaar in de inkomstenbelasting. Voorgesteld is om voor periodieke giften een maximum aftrekbaar bedrag in te voeren. Giften van meer dan € 250.000 (per huishouden) mogen dan niet meer met het inkomen verrekend worden.
Correctie multiplier giftenaftrek
De multiplier in de inkomstenbelasting houdt in dat het bedrag aan aftrekbare giften aan culturele ANBI’s wordt verhoogd met 25%, maar ten hoogste met € 1.250. In de praktijk is er altijd van uitgegaan dat het maximumbedrag van € 1.250 voor beide partners tezamen geldt. Op grond van de huidige wettekst, zou de verhoging voor fiscale partners maximaal het dubbele moeten zijn (€ 2.500). De wet wordt aangepast om aan te sluiten bij de praktijk. De maximale verhoging blijft ook voor fiscale partners tezamen € 1.250.
Middelingsregeling afgeschaft
Voorgesteld wordt om de middelingsregeling af te schaffen. Met de middelingsregeling wordt de belasting over het inkomen uit werk en woning over een aaneengesloten tijdvak van drie kalenderjaren (het middelingstijdvak) herrekend naar de belasting over een gemiddeld inkomen over dit middelingstijdvak. Is de herrekende belasting lager dan de geheven belasting? Dan bestaat recht op een teruggaaf voor dit verschil, nadat dit is verminderd met een drempel van € 545. Het tijdvak 2022-2023-2024 is het laatste tijdvak waarover kan worden gemiddeld.
Vliegbelastingtarief gaat omhoog
De vliegbelasting wordt met € 17,95 verhoogd. Aangezien het huidige vliegbelastingtarief van € 7,947 jaarlijks wordt geïndexeerd, bedraagt het nieuwe tarief inclusief indexatie en verhoging € 26,43 per vertrekkende passagier. Het vliegen op korte afstanden wordt aldus ontmoedigd, omdat de vliegbelasting hierop relatief zwaarder drukt.
Verhoging zorg- en huurtoeslag
De maximale huurtoeslag en de maximale zorgtoeslag worden verhoogd met respectievelijk ca. € 35 en ca. € 17 per maand om de meest kwetsbare huishoudens te ondersteunen. Omdat de zorgtoeslag hoger wordt en het afbouwpercentage hetzelfde blijft, zijn er in 2023 meer huishoudens die recht hebben op zorgtoeslag.
Opgevangen ontheemde Oekraïner is geen toeslagpartner
Het kabinet past de wet aan om ervoor te zorgen dat een thuis opgevangen ontheemde Oekraïner niet telt als een toeslagpartner voor de toeslagen. Zonder deze wijziging zou de opvang van Oekraïners het recht op toeslag beperken of in gevaar brengen.
Wie met een opgevangen Oekraïner trouwt of een kind krijgt, moet deze Oekraïner wel als toeslagpartner aanmerken.
Deze wijziging heeft terugwerkende kracht tot en met 24 februari 2022.
Gewelddadige partner uit te sluiten als toeslagpartner
Bij dreiging van huiselijk geweld is opvang voor een partner mogelijk. Maar de achtergebleven partner blijft wel de toeslagpartner. Het zal voor de opgevangen partner mogelijk worden om te verzoeken de achtergebleven partner voor de duur van de opvang niet meer als toeslagpartner aan te merken. De partner in de opvang hoeft hierdoor niet te wachten totdat de scheidingsprocedure ingezet is om zelfstandig recht op toeslagen te krijgen. Deze maatregel geldt alleen voor toeslagen en niet voor het fiscaal partnerschap in de inkomstenbelasting.
Op het moment dat de opvang eindigt, herleeft vanaf dat moment het toeslagpartnerschap met de partner. Maar dat gebeurt niet met terugwerkende kracht.
Ga terug naar de overzichtspagina >