De Hoge Raad heeft onlangs klare wijn geschonken over het verschil tussen privé vermogen en gemeenschappelijk vermogen en geoordeeld dat wat privé was, ook privé blijft. Wat was de casus?
Een in gemeenschap van goederen gehuwde vrouw heeft € 30.000 geschonken gekregen onder een zogenoemde uitsluitings- of privéclausule. Deze clausule regelt dat de schenking niet valt in de huwelijksgemeenschap, maar privévermogen blijft van de ontvanger van de schenking.
Het geld werd overgeboekt naar, én opgemaakt van een bankrekening die behoorde tot de huwelijksgoederengemeenschap. Bij de latere echtscheiding meende de vrouw dat zij recht had op vergoeding van ‘haar’ geld uit de gemeenschap. Die vraag kwam voor de rechter.
Na wisselend succes bij de rechtbank (wel recht op vergoeding) en het gerechtshof (geen recht op vergoeding) kwam men bij ons hoogste rechtscollege, de Hoge Raad. De Hoge Raad oordeelde dat het niet van belang is waar het geld aan is opgemaakt. Er ontstaat een vergoedingsrecht op de huwelijksgemeenschap als een ‘uitgesloten’ schenking (of erfenis) op een gezamenlijke rekening wordt gestort en níet wordt aangetoond dat het geld uitsluitend ten goede is gekomen aan het privévermogen van de ontvanger van de schenking (of erfgenaam).
Als uitgaven zijn gedaan van de gezamenlijke bankrekening dan gaat men er vanuit dat het geld is besteed ten behoeve van de gemeenschap. Het was dus aan de man om aan te tonen dat de uitgaven wel degelijk ten behoeve van het privévermogen van de vrouw zijn gedaan. Dat kon hij niet dus had mevrouw in dit geval recht op een vergoeding van de gemeenschap ad € 30.000. Nu maar hopen dat de gemeenschap dat kan betalen…
Om dit soort discussies te voorkomen is het raadzaam privé schenkingen en erfenissen ook daadwerkelijk af te zonderen op een privé-bankrekening. Natuurlijk kunt u privévermogen gebruiken voor gezamenlijke doelen, maar wij adviseren om dat dan wel goed vast te leggen. Wilt u meer informatie? Neem contact met ons op.